Waarom kindjes met autisme niet op het potje durven gaan en wat helpt om wel te durven

Wat een titel, nietwaar?

Aandacht voor het potje

Zindelijksheidstraining hoort bij iedere normale opvoeding en dus is potjestraining een zaak die bij ieder kindje dient te gebeuren. Zowel bij kindjes zonder als mét autisme.

Kindjes zijn vaak heel fier op het feit dat ze eindelijk het potje gebruiken, er vanalles (om de 2 items maar niet bij naam te noemen) in achterlaten en komen dit ook daadwerkelijk tonen. Er wordt gelachen, geapplaudisseerd, hoera geroepen, … Je ziet ze werkelijk stralen deze kleine mensjes.

Autisme bemoeilijkt potjestraining

Bij kinderen met autisme durft het weleens anders verlopen. Los van feit dat ze naar dat potje staan te staren alsof het een buitenaards voorwerp is, geeft ook het gebruik ervan vaak problemen.

Over het algemeen is geweten dat kinderen met autisme achterstand vertonen. Dat kan gaan van interactie, over kruipen, tot lopen én ook zindelijkheid.

Het lijkt alsof ze helemaal niet beseffen wat er überhaupt met dat potje dient te gebeuren. Vaak grijpen ze dan ook terug naar hun vertrouwde pampertje om hun behoefte in te doen. Soms tot ze zelfs al de leeftijd van 3 à 4 jaar bereikt hebben.

Voordoen helpt… soms

Vele ouders kennen het wel. Om te demonstreren wat er dient te gebeuren, ga je soms zelf boven het potje zitten. Het lijkt ietwat awkward en je schaamt je dood. Maar hé… alles voor het goede doel. Nietwaar soms?

Ook als jouw kindje aanstalten maakt om zijn/haar boodschap te doen, durf je soms komen aanlopen met het potje in de hoop dat je alsnog op tijd bent en jouw kindje zo doorheeft wat er van hem of haar verwacht wordt.

Naar beide zaken, dus zelf voordoen of komen aanlopen met het potje, wordt vaak teruggegrepen als het maar niet lukt om jouw kindje zijn of haar behoefte te laten doen volgens de meeste zindelijkheidstrainingen en het niet helpt als je jouw kindje op geregelde tijdstippen op het potje laat zitten.

Dan maar overschakelen naar het grote-mensen-toilet, denk je misschien bij jezelf. Je koopt een toiletbril aan die je bovenop de gewone toiletbril kan plaatsen en hoopt… en blijft hopen… Helaas ook dit is geen succes. Zelfs al ben jij voor de 100ste keer als demonstrateur op het toilet gaan zitten.

De kracht van water dan maar

Ten einde raad bel je jouw mama, een oudere nicht, schoonmoeder, tante,… (of wie weet ik veel) op om raad te vragen. Heel vaak komt iemand met de magische woorden dat water laten lopen helpt om kindjes te laten plassen. Eureka!

Na alle moeite met het kleine potje en het normaal toilet, volgt nu dan maar de truc om uw kindje alsnog te helpen plassen door het kraantje open te draaien. Het gedruppel of misschien net de straal van water, kan ervoor zorgen dat jouw kindje eindelijk datgene doet waar je al zo lang naar tracht. Het potje of het toilet gebruiken.

Bij kindjes met autisme is het zo dat ze, ondanks alle verwoede pogingen van iedereen, toch nog steeds een probleem hebben om hun behoefte te doen in het toilet en dan maar teruggrijpen naar de veiligheid van hun vertrouwde pamper.

Help! Ik ga dood

Heel vaak weten kindjes met autisme niet wat er met of beter gezegd in hun lichaam gebeurt wanneer ze hun behoefte moeten doen. Het lijkt alsof ze helemaal niet doorhebben wat hun lichaam doet om overtollige zaken af te scheiden. Ook al heb je dit tientallen en misschien honderden keren uitgelegd.

Heel wat kindjes met autisme geven aan dat ze doodgaan omdat er “een stukje van hun lichaam” in het toilet valt. Dat “stukje” kunnen ze niet benoemen en ze willen of kunnen het ook niet bevatten dat dat helemaal niet erg is.

Vaak kost het ouders ontzettend veel geduld om uit te leggen wat er aan de hand is en het kindje alsnog warm te maken om toch het toilet te gebruiken.

Wat kan helpen?

Uiteindelijk is niet ieder kindje gebaat bij hetzelfde en zal ook niet elke vorm van zindelijkheidstraining succes hebben. Ieder persoon met autisme, hoe jong ze ook zijn, denkt en gedraagt zich immers anders. Dat komt door het spectrum, weet je nog?

Daarom toch een opsomming.

  • Schenk aandacht aan het feit dat jouw kind klaar is om aan zindelijkheidstraining te doen, doordat het aangeeft een natte broek te hebben of met broek aan op het potje te gaan zitten

  • Communiceer én werk samen met jouw kind: moedig het aan en beloon het, gebruik visuele hulpmiddelen (icon van een toilet bijvoorbeeld) en vertel verhalen over diertjes of mensen die hun behoefte doen (sociale verhalen)

Aanmoedigen en belonen

  • Loof het met woorden: “Bravo Emiel, heel flink dat je op het potje/toilet bent gaan zitten.”

  • Loof het met geluiden (handen klappen) of gebaren (duim omhoog, dikke duim).

  • Beloon het met een activiteit zoals samen een spelletje spelen of film bekijken.

  • Beloon het met een stikker of stempel.

  • Geef het een gezond tussendoortje zoals fruit, groente, …

Het gebruik van visuele hulpmiddelen

Kinderen met ASS zijn vaak gevoeliger voor beelden dan voor woorden. Visuele aanwijzingen zijn dan ook mooi meegenomen als communicatiemiddel.

  • Maak een schema op voor de zindelijkheidstraining.

  • Overloop dit met jouw kindje 2 à 3 keer per dag. (Uiteraard zal jouw kindje vaker zijn/haar behoefte moeten doen, maar in dit geval zijn we het gebruik van het potje nog aan het aanleren)

  • Gebruik het visueel hulpmiddel voor toilettraining. Je kan hier het A4 formulier downloaden.

Sociale verhalen

  • Beschrijf de situatie. In dit geval het gebruik van het toilet.

  • Geef details over wat in deze situatie gebeurt.

  • Geef aan jouw kind een voorbeeld van hoe het zou kunnen reageren.

  • Leg aan jouw kind uit hoe het zou moeten reageren (Het gewenste resultaat dat je wil bereiken).

  • Gebruik eenvoudige verhaallijnen of duidelijke afbeeldingen

Als jouw kind moeite heeft met verandering, kan je altijd de potjestraining overslaan en onmiddellijk het groot toilet gebruiken. Heeft jouw kind angst van het grote gat en de plas water in het toilet, gebruik dan zeker een toilettrainer voor peuters.

Wat als jouw kind over-sensitief is?

  • Trek het sokken aan als het langere tijd op een koude vloer moet zitten met zijn/haar voetjes, terwijl het het potje gebruikt.

  • Gebruik een voetenbankje wanneer jouw kind ondersteuning nodig heeft onder zijn/haar voetjes als het gebruik maakt van een gewoon toilet.

  • Vertel jouw kind dat er geluiden zullen zijn zoals het geluid van het plasje doen in het water, het vallen van de stoelgang of het doorspoelen van het toilet erna. Zo weet jouw kindje wat hem of haar te wachten staat.

Ik wens je alvast veel succes met de zindelijkheidstraining.

Groetjes
Karine


Vorige
Vorige

Deze 5 fouten maken vele ouders van een kind met autisme

Volgende
Volgende

YouTuber adopteerde autistisch jongetje, verdient geld aan hem en geeft hem opnieuw op voor adoptie